Bedankt voor je stem!

235

Stemmen

PLAN #84
PLAN DOOR NAAR DE INCUBATOR!
’De Akademia’
— Dick van der Wateren

Omschrijving

De Akademia is een brede, multiculturele scholengemeenschap ‘zonder muren’ voor primair en voortgezet onderwijs (vmbo/havo/vwo), waar jonge mensen leren breed, kritisch en creatief te denken. Op de Akademia begint onderwijs bij nieuwsgierigheid, verwondering en spel: zichtbaar in het curriculum dat permanent in ontwikkeling is. Dat is het curriculum van Grote Vragen, een doorgaande leerlijn vanaf groep 1 tot aan het VO-eindexamen. Grote Vragen zijn de ‘eeuwige’ vragen en verhalen over de wereld, de mensheid, de natuur en technologie.

De school is een vrijplaats om te leren op een volwassen manier in de wereld te staan (Gert Biesta): een positieve bijdrage kunnen en willen leveren aan de maatschappij. Doel is het kind helpen van een ik-gerichte houding te groeien naar een wereld-gerichte volwassen levenshouding.

Onderwijs is het vormen van jonge mensen en hen in aanraking brengen met iets dat buiten hen ligt. Onze maatschappij vraagt om het kunnen samenleven met anderen buiten de eigen kring. Daarom is de Akademia een school waar we niet lezen over andere kinderen, maar samenleven met andere kinderen en samen nadenken over de (toekomstige) wereld.

Op de Akademia leren we veel meer dan alleen de eindtermen PO en VO, die vallen onder het domein kwalificatie (Biesta). Grote Vragen dagen niet alleen uit om meer kennis en vaardigheden op te doen, maar daar ook dieper over na te denken. Daarnaast besteedt het curriculum evenredig veel aandacht aan de domeinen maatschappelijke vorming (voorbereiding op een leven als lid van een gemeenschap en kennismaken met tradities en praktijken) en persoonlijke vorming (bijv. kritisch denken, autonomie, verantwoordelijkheid).

Het is onze taak als opvoeders en onderwijzers jonge mensen nieuwsgierig te houden en hun nieuwsgierigheid te voeden met vragen en nog meer vragen – onze vragen en die van de leerlingen, voortkomend uit het curriculum en uit dingen die in de wereld buiten school gebeuren.

Leren is ook inzicht krijgen in culturele tradities, dus zowel passief als actief kennismaken met filosofie, beeldende kunst, theater, literatuur en muziek. In het curriculum zal er bijvoorbeeld veel aandacht zijn voor literatuur, die daarmee een bijdrage levert aan de domeinen van de maatschappelijke en persoonlijke vorming.

Kinderen moeten zo veel mogelijk kunnen spelen omdat wij menen dat spelen de creativiteit bevordert en het plezier in leren versterkt. Spel in de vorm van dans, sport, muziek maken, zingen en drama helpen het kind zichzelf en de wereld te onderzoeken, creativiteit ontwikkelen, leren communiceren en samenwerken met anderen. Ook experimenteren, uitvinden en zelfs serieus onderzoek zijn een vorm van spel.

De mentor/coach heeft een cruciale rol. Elke dag begint in de mentorgroep waarna de leerlingen hun persoonlijke leerroute volgen in hun eigen tempo en naar hun eigen niveau. Ze leren van jongs af aan verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen studie, om te gaan met autonomie en met elkaar samen te werken.

Initiatiefnemers

Wij zijn: Dick van der Wateren, Liesbeth Breek, Sander Bloedjes en Andrew Gilman.

Dick: 20 jaar leraar natuurkunde, aardrijkskunde, nl&t en ‘MakerEd’. Onderwijspionier. Coacht onderpresteerders. Tussendoor geologisch onderzoek in o.a. Antarctica en Afrika. Blogt en publiceert over onderwijs, werkte mee aan ‘Het Alternatief’ en ‘Flip the System’.

Liesbeth: 25 jaar lerares Frans, onderwijsontwikkelaar, docententrainer en auteur lesmethode Frans. Onderwijspionier. Werkt vanuit meervoudige intelligentie. Grote interesse in de vormende werking van literatuur.

Sander: leraar basisonderwijs met 14 jaar leservaring, coach, meedenker en vormgever van het onderwijs van de toekomst. Passie voor persoonlijke ontwikkeling, vernieuwingsonderwijs en organisatiestructuren. Was mede-oprichter van een democratische school.

Andrew: 17 jaar leraar Engels in zowel Engeland als Nederland. Mede-eigenaar geweest van talenschool in Griekenland. Grote interesse in taalkunde en literatuuronderwijs.